Ingrijpen op het verbruik
Bijgewerkt op: 22/12/2025
Zoals blijkt uit de onderstaande grafiek, zijn het toilet en de persoonlijke hygiëne verantwoordelijk voor een groot deel van het waterverbruik. Maatregelen om het waterverbruik terug te dringen, moeten dus in de eerste plaats op deze twee zaken gericht zijn.
Daarnaast moet men ook nagaan of er geen lekken zijn in de installaties, want die kunnen het verbruik aanzienlijk verhogen. Er moet te allen tijde vermeden worden dat de waterleidingen bevriezen. Tot slot kunnen er flinke besparingen gerealiseerd worden door modern kraanwerk te installeren.
Gemiddeld is het waterverbruik in een woning als volgt verdeeld:
Figuur 1: Schatting van het verbruik op basis van cijfers verstrekt door de Stadswinkel
- Minder vaak een bad nemen
Een douche van vijf minuten verbruikt 60 liter water, terwijl voor een bad 120 liter water nodig is. - Het spoelvolume van het toilet verlagen
Als het toilet geen dubbele spoelknop heeft, kan men een volle, afgesloten fles water in het reservoir leggen om het volume en het verbruik te verminderen.
Een waterlek kan gepaard gaan met aanzienlijke meerkosten.
Bijvoorbeeld: een kraan die een jaar lang druppel per druppel water laat weglekken, verbruikt 35 m³ water (bron: Vivaqua), wat ongeveer 120 euro per jaar kost (op basis van een gemiddelde waterprijs van 4,76 euro/m³, ter indicatie).
Een defect doorspoelsysteem van een toilet kan tot 219 m³ water per jaar verbruiken (bron: Vivaqua), goed voor ongeveer 1.050 euro per jaar (op basis van een gemiddelde waterprijs van 4,76 euro/m³, ter indicatie)! De betrokken onderdelen moeten dan ook zo snel mogelijk hersteld of vervangen worden.
Waterlekken zijn niet altijd zichtbaar, bijvoorbeeld wanneer de klep van een boiler geblokkeerd is. De beste manier om na te gaan of er lekken zijn, is de stand op de watermeter noteren voor het slapengaan en de stand de volgende ochtend opnieuw noteren voordat er water verbruikt wordt. Is er een verschil tussen beide meterstanden, dan zit men met een lek.
Verantwoordelijkheid van de huurder/eigenaar in geval van een lek:
Lekken in zichtbare leidingen vallen gewoonlijk onder de verantwoordelijkheid van de huurder (bv. een lekkende kraan). Bij vaststelling van het lek moet de eigenaar meteen verwittigd worden. Voor de herstelling (door een loodgieter of de betrokkene zelf) is het verplicht om eerst de toestemming van de eigenaar te vragen.
Lekken in binnenleidingen of in de muur ingewerkte leidingen zijn daarentegen voor rekening van de eigenaar. In dit laatste geval moet de eigenaar ook zo snel mogelijk verwittigd worden, tenzij het om een noodgeval gaat waarvoor een andere procedure geldt, namelijk de ‘zaakwaarneming’. Meer informatie hierover is hier te vinden.
Goedkope herstellingen:
Er bestaan verenigingen en OCMW’s die herstellingen aan lage prijzen aanbieden.
In de winter kunnen leidingen bevriezen, en de gevolgen daarvan kunnen ernstig zijn: geen watertoevoer meer, beschadiging van het materiaal en mogelijke waterlekken bij het ontdooien, enz. Hiervoor moet men vooral aandachtig zijn bij woningen met installaties waarvan de waterleidingen langs buiten lopen, bijvoorbeeld via een terras.
Hiertegen kunnen de volgende preventieve maatregelen genomen worden:
- In ruimten waardoor leidingen lopen, moet men de temperatuur boven 0°C proberen te houden.
Minimaal verwarmen is noodzakelijk
Om te besparen, verwarmen sommige mensen hun woning niet of nauwelijks. Maar dit kan uiteindelijk duurder uitvallen, want ze lopen het risico dat hun leidingen bevriezen en er daardoor een waterlek ontstaat. Buitenleidingen kunnen ingepakt worden met glaswol (vastgemaakt met kleefband of ijzerdraad) of met polyethyleenschuim waarvan de bevestigingssystemen perfect rond de buizen aansluiten.
- Als er geen enkele andere oplossing mogelijk is, kan men permanent een klein straaltje water laten lopen. Leidingwater heeft namelijk een temperatuur die schommelt tussen de 4°C en 12°C. Dit is uiteraard maar een tijdelijke oplossing en een allerlaatste redmiddel, aangezien er op die manier water verspild wordt.
- Als de woning tijdens vorstperiodes niet bewoond is, kan het nuttig zijn om het water van alle binneninstallaties af te laten.
- Verder is het nuttig om voor de winter te controleren of de binneninstallatie ontlucht kan worden en of de stopkraan (voor de meter) goed sluit.
Als de leidingen al bevroren zijn, kunnen de volgende maatregelen genomen worden:
- De stopkraan bij de watermeter sluiten. Als die kraan ook bevroren is, moet die eerst ontdooid worden met een haardroger (gebruik nooit een systeem dat verwarmt door middel van een vlam).
- De ontluchtingskraan en de hoogste kraan in het leidingensysteem openen.
- De metalen leidingen ontdooien met een haardroger door geleidelijk aan op te schuiven. Het water zal uiteindelijk via de ontluchtingskraan wegvloeien.
- Erop letten dat leidingen in polyethyleen of pvc niet smelten of beschadigd raken.
- Als alles ontdooid is: de ontluchtingskraan dichtdraaien en de stopkraan langzaam openen. Door voorzichtig te werk te gaan, wordt vermeden dat er ergens waterschade veroorzaakt wordt in het geval dat er een leiding gesprongen zou zijn als gevolg van de bevriezing.
Door het kraanwerk aan te passen, kan er aanzienlijk bespaard worden.
Door debietbegrenzers (ook beluchters of mousseurs genoemd) op de kranen van wastafels en spoelbakken te installeren in plaats van gewone straalbrekers, kan het verbruik met 30% tot 70% verminderd worden zonder enig comfortverlies. Meer gedetailleerde en duidelijke informatie is hier te vinden.
Op het vlak van kraanwerk zijn er nog veel mogelijkheden.


