Tussenkomst van het Sociaal Verwarmingsfonds

Mis à jour le : 02/09/2016

Wat voor steun wordt toegekend door het Sociaal Verwarmingsfonds (SVF)?

Het gaat om een federale financiële tussenkomst bij de betaling van de stookoliefactuur in de vorm van een toelage. Deze toelage wordt uitbetaald via het OCMW.

Het Sociaal Verwarmingsfonds wordt gezamenlijk beheerd door vertegenwoordigers van de overheid en de aardoliesector. Het fonds haalt zijn middelen uit een federale solidariteitsbijdrage die wordt geheven op elke liter stookolie die in België wordt verkocht.

Het Fonds komt tussen in de betaling van de facturen van:

  • stookolie in bulk
  • stookolie aan de pomp
  • propaangas in bulk (geen flessen)
  • lampolie (de brandstof gebruikt voor zibro kamin kachels)

Verbod op verwarming via gas uit flessen
Om veiligheids- en gezondheidsredenen is het in het Brusselse gewest verboden om zichzelf en woningen te verwarmen via gas uit flessen.

Wie heeft recht op een tussenkomst van het SVF?

Verschillende categorieën personen hebben recht op een tussenkomst van het Sociaal Verwarmingsfonds:

  • alleenstaanden of gezinnen die genieten van het OMNIO-statuut of RVV-statuut (Rechthebbende op een Verhoogde Verzekeringstegemoetkoming inzake gezondheidszorgen). Wanneer slechts één persoon van het gezin een RVV-statuut heeft, wordt het totale inkomen van het gezin in aanmerking genomen (zie volgende punt).
  • Personen of gezinnen met een belastbaar jaarlijks bruto-inkomen van minder dan 17 083,39 euro (vermeerderd met 3162,60 euro per persoon ten laste). Als de aanvrager geen RVV is, zal rekening worden gehouden met een eventueel vastgoedpatrimonium. Als de aanvrager RVV is, wordt het vastgoedpatrimonium niet in aanmerking genomen bij de berekening van de inkomsten van het gezin.
  • Personen die een collectieve schuldenregeling of schuldbemiddeling genieten en die niet in staat zijn om hun verwarmingsfacturen te betalen.

De maatregel is gericht op personen die zelf de kosten van de stookoliefactuur dragen, ongeacht of ze een individueel of collectief verwarmingssysteem hebben. In het laatste geval moet de aanvrager bij zijn aanvraag een document voegen waarin de eigenaar of de beheerder van het gebouw vermeldt op hoeveel woningen de factuur betrekking heeft.

Voor leveringen van grote hoeveelheden brandstof moet het leveringsadres overeenkomen met het adres van de hoofdverblijfplaats van de aanvrager.

Meer informatie over de voorwaarden om een beroep te kunnen doen op het SVF, vindt u op de officiële site van het Sociaal Verwarmingsfonds.

Hoeveel bedraagt de toelage?

De tussenkomst van het Fonds hangt af van de leveringswijze:

  • voor leveringen van grote hoeveelheden brandstof (stookolie en propaangas in bulk). De toelage schommelt tussen maximum 0,14 en 0,20 euro per liter. Hoe hoger de prijs per liter, hoe hoger het bedrag dat per liter wordt toegekend. De tussenkomst van het Fonds is beperkt tot een maximumhoeveelheid van 1.500 liter per gezin en per jaar. Het maximumbedrag van de toelage bedraagt 300 euro.
  • Voor in kleine hoeveelheden aan de pomp gekochte brandstof (stookolie en lampolie)

De tussenkomst is een forfaitaire toelage van 210 euro.

De twee soorten tussenkomsten zijn niet cumuleerbaar.

Hoe kan men zijn recht op de stookolietoelage laten gelden?

  • Voor in grote hoeveelheden geleverde brandstof:
    de betrokkene moet zich binnen de 60 dagen na levering van de brandstof, met zijn leveringsbon, richten tot het OCMW van zijn gemeente. Het OCMW controleert dan of aan alle voorwaarden voor toekenning van de toelage is voldaan.
  • Voor kleine hoeveelheden aan de pomp gekochte brandstof:
    Voor kleine hoeveelheden moeten de betrokkenen aantonen dat ze effectief verwarmen met een brandstof die recht geeft op de toelage. Eén enkel aankoopbewijs van de betrokken brandstof aan de pomp kan volstaan om recht te krijgen op de forfaitaire toelage. Onder voorbehoud van de uitvoering van een sociaal onderzoek kunnen evenwel andere aankoopbewijzen worden gevraagd. Die moeten worden overgemaakt aan het OCMW, dat vervolgens controleert of aan alle voorwaarden voor toekenning van de toelage is voldaan.
Procedure

  1. De aanvraag kan worden ingediend per post, maar de procedure gaat gewoonlijk sneller wanneer de betrokkene zelf naar het OCMW gaat (hoewel de wachttijd voor een afspraak lang kan oplopen).
  2. Voor leveringen van grote hoeveelheden brandstof moet het gezin dit formulier invullen en opsturen naar het OCMW van zijn gemeente (samen met de gevraagde bewijsstukken; het is niet nodig de aanvraag aangetekend te versturen). Het OCMW neemt binnen de 30 dagen een beslissing. Dit formulier wordt echter alleen gebruikt voor leveringen van grote hoeveelheden brandstof.

Na ontvangst heeft het OCMW 30 dagen om de aanvraag te analyseren en een beslissing te nemen:

    • de beslissing van het OCMW wordt binnen de 8 dagen meegedeeld aan het gezin.
      De beslissing wordt per post of tegen ontvangstbevestiging meegedeeld.
    • de toelage wordt persoonlijk afgegeven (in cash geld) of via een storting op een bankrekening. Wanneer de betrokkene een schuldbemiddeling of collectieve schuldenregeling geniet, wordt de toelage rechtstreeks aan de brandstofleverancier gestort. De betaling gebeurt binnen de 15 dagen na de beslissing dat de toelage wordt toegekend.