Verplichtingen aangaande vocht, verluchting en bezetting

Mis à jour le : 23/09/2016

Log_Responsabilites_locatives_Humidite_NL

De huurder is verplicht om:

  1. zijn woning goed te ventileren om problemen door een te hoge vochtigheidsgraad in de woning te voorkomen en om te voorkomen dat er zich schadelijke stoffen in de binnenlucht gaan ontwikkelen.
  2. de muren die door tocht worden getroffen, te onderhouden

Behandeling van vocht en belang van de plaatsbeschrijving:

  1. Hoe behandelt u vochtproblemen?
    Het is belangrijk dat vochtproblemen, met name met het oog op gezondheidskwesties, ernstig worden genomen. Het is aanbevolen om muren waarop “zwarte vlekken” of “gele sporen” zichtbaar zijn, grondig schoon te maken met bleekwater (correct verdund) of andere schimmelwerende producten.Het is belangrijk om de vochtvlekken die op de muren, de plafonds, enz. verschijnen in te deppen, en niet te wrijven. Vodden, doeken en ander textiel dat hierbij werd gebruikt, moet worden weggegooid. Wanneer ze opnieuw worden gebruikt, bestaan namelijk het risico dat ze de vlekken en sporen overdragen op andere muren of andere kamers van de woning.
  2. Belang van de plaatsbeschrijving
    Het is belangrijk dat het belang van de plaatsbeschrijving correct naar waarde wordt geschat. Hiermee kan op specifieke problemen (vocht, ongedierte, enz.) worden gewezen voordat de huurder de woning betrekt. Alle elementen die niet duidelijk worden vermeld in de plaatsbeschrijving, zijn gewoonlijk de verantwoordelijkheid van de huurder.

Advies om vochtproblemen te voorkomen:

  1. De huurder kan het meubilair zo plaatsen dat de vorming van schimmels wordt voorkomen (kasten tegen binnenmuren plaatsen en niet tegen buitenmuren).
  2. De woning op een optimale manier verluchten. Het is daarbij aanbevolen om als volgt te ventileren:
    • ’s Ochtends en ’s avonds 10 minuten:
      Het is belangrijk dat de vensters gedurende heel deze tijd volledig open worden gehouden. In de loop van de dag hoopt het vocht zich om verschillende redenen op in de woning (bij wijze van voorbeeld: door te ademen stoot een persoon 45 gram waterdamp per uur uit in de lucht).
    • Na een intensieve productie van waterdamp:
      D.w.z. na het koken, nadat iemand een bad/douche heeft genomen, nadat een bijverwarming op aardgas of stookolie werd gebruikt, enz.
    • Zelfs als het regent:
      De buitenlucht bevat gewoonlijk minder waterdamp dan de lucht binnenin de woning.

Meer informatie vindt u in deze brochure (FR).