< Terugkeer

Wijzigingen in de EPB-reglementering

Geplaatst op: 11/02/2019 - Bijgewerkt: 05/03/2019

In onze vorige nieuwsbrief schreven we al dat er een nieuwe premie is voor de periodieke controle van verwarmingsketels en waterverwarmingstoestellen op gas (hier) die het licht zag toen de wetsteksten ter zake werden herwerkt.

En er werden ook nog andere wijzigingen aangebracht aan de EPB-reglementering¹, met name wat betreft de verplichtingen met betrekking tot de periodieke controle zelf.

Wat is er veranderd sinds 01/01/2019?

  • Toepassingsgebied:

Voortaan vallen alle verwarmingsketels op gas of stookolie onder het toepassingsgebied van de EPB-reglementering (en dus niet langer enkel die met een vermogen van meer dan 20 kW).

Bovendien geldt ze vanaf nu ook voor waterverwarmingstoestellen op gas.

De verplichtingen hebben betrekking op de toestellen, ongeacht de status van de bewoner, wat betekent dat ze zowel van toepassing zijn op huurwoningen als op woningen die door de eigenaar zelf worden bewoond.

  • Frequentie:

De periodieke controle moet worden uitgevoerd:

  • elk jaar voor verwarmingsketels op stookolie;
  • elke 2 jaar voor verwarmingsketels op gas (en dus niet langer elke 3 jaar);
  • elke 2 jaar voor waterverwarmingstoestellen op gas.

De periodieke controle moet altijd worden uitgevoerd door een technicus die is erkend door Leefmilieu Brussel².Die moet een attest van de periodieke EPB-controle afleveren.

Hieronder zetten we de verplichtingen voor huurders of eigenaars inzake onderhoud en periodieke controle nog even op een rijtje:

  • Het onderhoud van de ketel (gas of stookolie) en het waterverwarmingstoestel (gas) is ten laste van de huurder. Als het huurcontract een frequentie vermeldt, is dat degene die moet worden gerespecteerd. Anders moet de huurder deze toestellen onderhouden “zoals een goede huisvader” (en met inachtneming van de EPB-verplichtingen). Aangezien de handelingen in het kader van de periodieke controle ook die van het onderhoud omvatten, moet de huurder ten minste om de 2 jaar (verwarmingsketel of waterverwarmingstoestel op gas) of ieder jaar (verwarmingsketel op stookolie) een periodieke controle laten uitvoeren (inclusief onderhoud).
  • Wat de periodieke EPB-controle betreft, is het de verantwoordelijkheid van de eigenaar om zich ervan te vergewissen dat die controle ook daadwerkelijk werd uitgevoerd (met naleving van de hierboven beschreven frequenties).
    De kosten hiervoor kunnen ten laste zijn van de huurder³.

Meer informatie: https://leefmilieu.brussels/themas/gebouwen/de-energieprestatie-van-gebouwen-epb/epb-voor-verwarming-en-klimaat/epb-1

We vestigen de aandacht op het feit dat de wetgeving waarnaar we verwijzen (EPB-wetgeving en het BBHR tot uitvoering van de Wooncode) relatief recent is.

Hierdoor hebben we nog geen zicht op de interpretatie ervan door de doctrine en de jurisprudentie.

[1] http://www.ejustice.just.fgov.be/cgi_loi/change_lg.pl?language=nl&la=N&cn=2018062115&table_name=wet
[2] De lijst vindt u hier: https://leefmilieu.brussels/themas/energie/de-energieprestatie-van-gebouwen-epb/lijst-van-erkende-professionals-inzake-epb
[3] Zie bijlage 3 van het BBHR van 23/11/2017 tot invoering van een niet-limitatieve lijst van herstellingen en onderhoudswerken die, op dwingende wijze, ten laste van de huurder of, op dwingende wijze, ten laste van de verhuurder zijn en die vermeld zijn in artikel 223 van de Wooncode  ( https://www.socialenergie.be/wp-content/uploads/Pages-NL-de-Pages-152-178-de-AGRBC-23-11-2017-MB-08-12-2017-travaux-à-charge-loc-prop-1.pdf  ).