De tussentijdse facturen

Mis à jour le : 01/09/2016

Wat is dat?

De tussentijdse facturen (ook voorschotfacturen of voorschotten genoemd) laten de consument toe om de betaling van zijn jaarlijkse verbruik te spreiden.

Het kan gaan om maandelijkse facturen (is meestal het geval), maar ook om tweemaandelijkse of driemaandelijkse facturen. De regelmaat waarmee de tussentijdse facturen worden gestuurd, kan worden aangepast op vraag van de klant.

Het bedrag van de tussentijdse facturen wordt elk jaar opnieuw berekend. Het bedrag voor het volgende jaar wordt meegedeeld op de eindafrekening.

Op vraag van de klant kan het bedrag van de tussentijdse facturen worden verhoogd of verlaagd (Zie “Wat zijn de voorschotten?”).

Verlaging van het bedrag van de tussentijdse factuur
Als het bedrag van de tussentijdse facturen (te sterk) werd verlaagd op vraag van de klant, zal de leverancier niet gemakkelijk een afbetalingsplan toekennen op het moment van de eindafrekening.

Elementen waaruit de factuur bestaat

Naargelang de leverancier kunnen de facturen er anders uitzien of anders zijn opgebouwd. Toch moeten de facturen verplicht bepaalde belangrijke gegevens vermelden:

Fact_Elements_sur_facture_NL

Wat zijn de voorschotten?

De voorschotten zijn het bedrag (vaak maandelijks) dat de leverancier aanrekent voor de verbruikte energie. Dit bedrag wordt gewoonlijk berekend op basis van een raming van het jaarlijkse verbruik van het leveringspunt. De betaalde bedragen worden bij de eindafrekening afgetrokken van het bedrag dat de klant verschuldigd is voor zijn volledige jaarverbruik.

Algemene regel voor de berekening van het voorschotbedrag

Elk jaar maakt Sibelga aan de leveranciers een raming van het verbruik voor het komende jaar over. Als Sibelga beschikt over de reële meterstanden wordt deze informatie gebruikt voor de raming.

Als Sibelga niet over de reële meterstanden beschikt, zullen de zogenaamde geraamde meterstanden worden gebruikt.

De leveranciers baseren zich gewoonlijk op deze informatie om het voorschotbedrag te berekenen, maar ze zijn daar niet toe verplicht. In sommige gevallen gebruiken de leveranciers hun eigen parameters/berekeningswijzen, zonder rekening te houden met de door Sibelga verstrekte informatie.

De leveranciers berekenen het bedrag van de voorschotten op basis van de volgende formule:

  • het geraamde verbruik voor het komende jaar, uitgedrukt in kWh 
  • vermenigvuldigd met de energieprijs, in functie van het gekozen contract
  • gedeeld door 12, om een maandelijks bedrag te bekomen.

Het maandelijkse bedrag komt dus overeen met 1/12e van het geraamde jaarlijkse verbruik. De voorschotten komen dus niet overeen met het reële verbruik op elk moment. Elke maand betaalt de klant hetzelfde bedrag, ook al verbruikt hij in de realiteit waarschijnlijk meer tijdens de winter dan in de zomer.

Het voorschotbedrag wordt elk jaar geactualiseerd op basis van deze formule.

Jaarlijkse eindafrekening die betrekking heeft op minder dan een jaar
Het is aanbevolen om op te letten bij de verhuis naar een nieuw gebouw tijdens de winterperiode. Een consument verhuist bijvoorbeeld naar een nieuwe woning op 1 oktober. In zijn gemeente ontvangen alle klanten een jaarlijkse eindafrekening op 31 maart. In zijn geval zal deze eindafrekening betrekking hebben op zijn reële verbruik tijdens de 6 maanden op het nieuwe leveringspunt. Maar aangezien de voorschotten overeenkomen met een jaarlijks gemiddelde en men, logischerwijze, meer energie verbruikt in de winter dan in de zomer, zal het maandelijkse bedrag dat hij heeft betaald ongetwijfeld onvoldoende zijn om het reële verbruik te dekken. Het nog te betalen saldo zal worden aangerekend op de eindafrekening.

Hoe wordt het jaarlijkse verbruik geraamd voor de berekening van de voorschotten?

De referentie voor de berekening van de voorschotten, is het (werkelijke of geraamde) jaarlijkse verbruik van het leveringspunt.

Er zijn verschillende situaties mogelijk:

  • De klant gebruikt het leveringspunt tijdens het volledige jaar dat verloopt tussen twee eindafrekeningen.In dat geval komt het jaarlijkse verbruik voor het leveringspunt overeen met het effectieve verbruik van de klant. Dit is ten minste het geval als Sibelga aan de leverancier een prognose van het verbruik voor het komende jaar overmaakt, berekend op basis van reële meterstanden. Als de meterstanden echter niet konden worden opgenomen en de klant zijn standen niet heeft doorgegeven, zal de prognose worden gemaakt op basis van zogenaamde geraamde meterstanden. Aangezien deze raming minder precies is, bestaat het risico dat de voorschotten hoger of lager worden ingeschat dan het reële verbruik van de klant. Als iemand een nieuw contract afsluit maar in dezelfde woning blijft, zal de nieuwe leverancier het geraamde jaarlijkse verbruik bepalen op basis van de verbruikshistoriek van deze woning. Dit zal dan de facto overeenstemmen met het verbruik van de betrokkene. Deze informatie wordt ook door Sibelga overgemaakt aan de leverancier.
  • De klant gebruikt het leveringspunt slechts enkele maanden tijdens het jaar dat verloopt tussen twee eindafrekeningen (in geval van een verhuis).In dit geval moet men bijzonder waakzaam zijn voor het risico op voorschotten die te hoog of te laag worden geraamd in vergelijking met het effectieve verbruik van de klant. In feite zal de nieuwe gebruiker van het leveringspunt tot aan de volgende eindafrekening gevraagd worden om een voorschotbedrag te betalen dat is gebaseerd op het verbruik van de vorige bewoners. De leverancier bepaalt het geraamde jaarlijkse verbruik op basis van de verbruikshistoriek van de nieuwe woning (leveringspunt). Deze informatie wordt door Sibelga overgemaakt aan de leverancier. We willen erop wijzen dat bepaalde leveranciers de voorschotten op hun eigen manier bepalen. Ook in dit geval moet men goed nagaan of het gevraagde bedrag en het veronderstelde verbruik van de nieuwe bewoner op elkaar zijn afgestemd.
  • Sibelga beschikt niet over een historiek voor het leveringspunt.Wanneer er geen historiek is voor het leveringspunt (bijv. installatie van nieuwe meters) of de informatie niet bruikbaar is (bijv. geen twee opeenvolgende meterstanden met een tussenperiode van 200 dagen), raamt Sibelga het verbruik op basis van de gemiddelde verbruikscijfers voor Brussel.

Gevolgen van een aanpassing van het voorschotbedrag

  • Als het geraamde voorschot te laag is voor het reële verbruik
    dan zal de klant bij de eindafrekening een aanzienlijk bedrag moeten bijbetalen.
  • Als het geraamde voorschot te hoog is
    zal dit onnodig wegen op het maandelijkse budget van het gezin, aangezien de klant elke maand een bedrag betaalt dat te hoog is voor zijn reële verbruik. Hij zal dan moeten wachten tot de jaarlijkse eindafrekening alvorens het te veel betaalde bedrag zal worden teruggestort.

Vraag tot aanpassing van het voorschotbedrag?

De klant kan aan zijn leverancier vragen om het bedrag van de tussentijdse facturen te verhogen of te verlagen.

  1. Voor iemand die verhuist naar een nieuwe woningEen klant die verhuist naar een nieuwe woning en van oordeel is dat de voorschotten die hij moet betalen te hoog of te laag zijn voor zijn reële verbruik, kan contact opnemen met zijn leverancier om een nieuwe berekening van de voorschotten te verkrijgen, op basis van;
    • het verbruik in zijn voormalige woning
    • zijn eigen raming
    • een aan de leverancier gevraagde raming in functie van zijn gezinssamenstelling en zijn installaties

    Het staat de leverancier vrij om deze vraag al dan niet te aanvaarden of het voorschot aan te passen.

  2. Wanneer het geen verhuis betreftOok wanneer het geen verhuis betreft, kan het interessant en gerechtvaardigd zijn om een aanpassing van het voorschotbedrag te vragen:
    • ofwel wanneer er het verbruik aanzienlijk wijzigt
      • door een verandering in de gezinssamenstelling.
      • ofwel bij een ingrijpende aanpassing van de installaties (bijv. de vervanging van een elektrisch verwarmingssysteem door een gasketel).
    • ofwel wanneer de voorschotten “slecht” werden berekend: op basis van geraamde meterstanden of voor een facturatieperiode korter dan één jaar of langer dan één jaar.
  3. In andere gevallen is een dergelijke aanpassing niet gerechtvaardigd en niet aan te raden. De aanpassing van het voorschotbedrag mag niet worden beschouwd als een middel om de lasten van consument te verlichten: al het verbruik moet worden betaald en het verschil zal worden geregeld via de eindafrekening. Het is dus aan te raden om voorzichtig te zijn bij het vragen van een aanpassing.

Opgelet bij aanpassing van het voorschotbedrag
Een herziening van de voorschotten kan nadelig zijn wanneer later een afbetalingsplan wordt gevraagd. Als het bedrag van de tussentijdse facturen (te sterk) werd verlaagd op vraag van de klant, zal de leverancier niet gemakkelijk een afbetalingsplan toekennen op het moment van de eindafrekening.